Speen of duim zorgen op latere leeftijd voor veel problemen!

Logopedisten roepen het allemaal. Speen of duim, die moet er uit voor de leeftijd van 3 of 4 jaar. Ik ben daar iets strenger in! Waarom? Omdat het zuigen op de speen of op duim (of vingers) op latere leeftijd nog voor veel problemen kan zorgen.

Natuurlijk, het ziet er überschattig uit, zo’n kleintje met een speen! MAAR en dan bedoel ik bewust een hele grote maar, het is niet nodig. De zuigbehoefte neemt na de geboorte tussen de 9 en 12 maanden af. Het is dus niet NODIG dat een kind na de leeftijd van 1 (ok, misschien 1,5 jaar) nog op een speen sabbelt. Het is dan geen behoefte meer maar een gewoonte!

De tong

Naast het feit dat het zuigen geen behoefte meer is maar een gewoonte is daar de tong. De tong hoort, in normale positie, boven tegen het gehemelte aan te liggen met de punt op de ribbels net achter de boventanden (de alveolaire rand). Door het spenen of duimzuigen wordt de tong omlaag gedrukt. Dit wordt ook een gewoonte en dan ontstaat er een lage tongligging. Hierdoor kan de bovenkaak dan weer minder goed ontwikkelen, waardoor er te weinig plaats is voor het volwassen gebit. Dit kan weer voor scheefstand zorgen, waarvoor dan meestal orthodontische hulp nodig is.

Slikken

Naast bovengenoemde problemen is het slikken ook een probleem. We noemen dat een infantiel (kinderlijk) slikpatroon. Baby’s en jonge kinderen slikken al zuigend met hun tong. Bij langdurig duimen of speenzuigen kan een verkeerd slikpatroon ontstaan. Lang nadat het zuigend slikken weggetrokken moet zijn, wordt er nog voorwaarts geslikt. Hierbij gaat de tong flink tegen de voortanden aan. Zowel bovenfront als onderfront kunnen hierdoor flink gaan verschuiven. Een onderbeet kan ontstaan wanneer de tong steeds tegen de ondertanden aanduwt met slikken. Een overbeet kan juist ontstaan doordat de tong tegen de boventanden aanduwt tijdens het slikken.

Je slikt gemiddeld zo’n 2000 keer per dag. Hierbij oefent de tong een druk uit (in verhouding) van 1 tot 2 kg per slik. Er gaat dus zo’n 2000 tot 4000 kilo per dag tegen je tanden aan als je verkeerd slikt.

Articulatie

Ook het spreken, de articulatie, kan druk tegen de tanden veroorzaken. De klanken d, l, n, s, t en z zijn klanken die op het ribbeltje achter de tanden worden uitgesproken, dus op de alveolaire rand. Spreek je deze klanken uit met je tong tegen je tanden (addentaal) of zelfs tussen je tanden door (interdentaal), dan gaat er naast het verkeerd slikken ook nog veel druk van je tong tegen je tanden tijdens het spreken. Het zogenoemde lispelen of slissen van een kind kan dus ook heel schattig zijn, maar is juist ook heel slecht voor de stand van tanden en kaken.

Logopedie

Binnen onze praktijk zijn beide logopedisten gespecialiseerd in OMFT. Oromyofunctionele Therapie is dé behandeling bij verkeerd slikgedrag, afwijkende mondgewoonten zoals speenzuigen of duimen en articulatieproblemen zoals lispelen. Het is een behandelprogramma van 10 tot 20 behandelingen, waarbij de mondmotoriek, de spieren in het gezicht en de tong, zo wordt getraind dat het slikken en de articulatie verbetert.

De behandeling kan al vanaf 4 jaar toegepast worden, maar is voor alle leeftijden geschikt. Hoe eerder de therapie gestart wordt, hoe sneller dat het verkeerde gedrag afgeleerd kan worden. Hier heb je dus meer profijt van.

Wij adviseren om vóór het beugelproces bij de orthodontist de verkeerde gewoonten met behulp van logopedie af te leren. Dit kan stagnatie in het beugelproces voorkomen.

Meer informatie vindt u ook in onze blog over OMFT.

Wilt u vrijblijvend weten of u of uw kind verkeerd slikt, neemt u dan contact op met onze praktijk!

OMFT Précom Logopedie Landgraaf